Sectie

31 maart 2011

Anna Enquist
Vincent Mentzel

In onze heupen de heupen
van de dochter, in onze ogen
de wildheid van haar blik.

In onze stem gaat haar stem
verscholen, haar handen
zijn door de onze omgroeid.

Wat een taak: het bekken
vrij te prepareren, het oog
uit te nemen. Een vaste hand

hebben we nodig, een helder
brein. Onverschrokken moeten we
de tong lossnijden, op zoek

gaan tussen pezen en vaten
naar de bleke stengels van
haar vingers in onze vingers.

Het is een groots werk, het neemt
al onze uren, het losmaken
van de dochter uit ons.

Anna Enquist