De hoofdpersoon, wiens naam we niet kennen omdat de schrijver zijn verhaal consequent vanuit de binnenwereld van zijn personage vertelt, schuurt soms met de wereld, met de mensen en de dingen om hem heen, blijft een buitenstaander.
'Mijn vrouw zei vaak dat ik een dromer was.'
'Dat zeggen ze altijd. Ik denk wel eens dat wij degenen zijn die wakker zijn. De realisten...'
'Wij?'
'Dat wij degenen zijn die de werkelijkheid zien zoals ze is, terwijl de anderen er vanuit al hun vooronderstellingen naar kijken. Ze hebben het immers zo druk...' Ze zweeg en wierp een schuine blik op mij. 'Ja, wij... Jij bent er ook zo een die scheef geboren is in verhouding tot iedereen die recht is, toch?'
Maar er is troost, en dat is de kunst!
De hoofdpersoon ontdekt dat - in ieder geval voor hem - alleen via de kunst iets van het raadsel van het leven begrepen kan worden en dat is ook precies wat Jens Christian Grøndahl in dit boek doet: iets van het mysterie van het leven zichtbaar maken.