Stoner

9 januari 2013


John Williams
vertaling: Edzard Krol


‘Maar begrijpt u het dan niet, meneer Stoner?’ vroeg Sloane. ‘U zult docent worden.’
‘U bent verliefd. Zo eenvoudig is het.’
Zo eenvoudig was het. Hij was zich ervan bewust dat hij naar Sloane knikte en zei iets onbeduidends. Toen liep hij de kamer uit. Zijn lippen tintelden en zijn vingers voelden verdoofd aan. Het leek wel alsof hij slaapwandelde, terwijl hij zich juist scherp bewust was van zijn omgeving. Hij streek rakelings langs de gepolitoerde houten wanden in de gang en meende de warmte en de ouderdom van het hout te kunnen voelen. Hij liep langzaam de trap af en verwonderde zich over het dooraderde koude marmer, dat een beetje onder zijn voeten leek weg te glijden. In de voorportalen kwamen de stemmen van de studenten stuk voor stuk en helder uit het gemompel naar voren, en hun gezichten waren dichtbij en merkwaardig vertrouwd. Hij liep Jesse Hall uit, de ochtend in, en het grijs leek de campus niet langer te bedrukken. Het leidde zijn ogen naar buiten en omhoog richting de lucht, die hij bekeek alsof hij een mogelijkheid zag die hij nog niet kon benoemen.

In een prachtige, heldere en sobere stijl worden de gedachten en gevoelens van de stugge, introverte en zwijgzame Stoner minutieus beschreven.
Een boek waar je stil van wordt, zó mooi!